Na het aangename verblijf in Cuzco staat een
rit van 650 km, naar Nazca op het progamma. We vertrekken vroeg, want we willen
voor donker binnen zijn. Rijden in het donker is toch wel erg vermoeiend en we
vermijden dat dus liever. De rit gaat, vooral in het begin voorspoedig. De
gemiddelde snelheid is echter niet hoog, want het is continue klimmen en dalen,
met af en toe eem mooie kronkelende weg door een dal. Zo klimmen en dalen we
meerdere malen tussen ca 2000 m en ruim 4000 m. Het is eigenlijk continue
haarspeldbochten rijden. Na een korte tussenstop, start de auto van Job niet
meer. Benzinepomp vervangen en aan zuigleiding doorgeblazen en de auto loopt
weer. Opnieuw schitternde berglandschappen. We zien langs de weg de nodige
agrarische activiteiten, met gewassen als tabak, mais, aardappelen. Allemaal
kleinschalig. De kennis uit de aardrijkskundeles, dat de boomgrens op ruim 1500
m ligt moet nodig worden bijgesteld. Dat geldt niet voor de hele wereld. Hier
zie bomen en andere gewassen tot op 4000 m. Darboven wordt het toch
hoofdzakelijk mos en lopen er alleen nog lama’s, waarvoor we dan ook zo nu en
dan moeten remmen. Na zo’n 4000 km moeten we naar een hoogte van ruim 4500 m.
Ditmaal is het echter warm en mat name het laatste stuk gaat erg steil, waardoor
we langzaam vooruit gaan. Op een gegeven moment komeen we een team tegen die de
auto dwars over de weg heeft staan. Ze zijn de auto aan het omkeren, in een
poging deze weer aan de praat te krijgen. We bieden hulp en voeren diverse
reparaties uit. We vervangen de benzinepomp, want een testje leert dat er geen
benzine bij de carburateur komt. De auto rijdt 200 m en valt dan weer stil.
Wevullen koelvloeustof bij en vervangen de thermostaat voor een koudere.
Wederom rijdt de auto een paar honderd meter en valt dan weer stil. We krijgen
de auto niet aan de praat. Als we omhoog kijken, zien we de weg naar booven
kronkelen en we zien op diverse plaatsen auto’s staan met de motorkap open. We
kunnen net zien dat het allemaal Volvo’s zijn. We besluiten verder te gaan en
het team met de auto die niet aan de praat te krijgen is, wacht op het
technisch team dat nog mot langskomen. We komen langs de auto’s die langs de
weg staan en stoppen een par keer. Iedereen heeft dezelfde problemen. Auto
krijggt geen benzin meer. We kunnen dus geen hulp bieden en rijden verder. Op
4500 m, en hoge temperatuur zijn deze oude volvo’s toch echt aan de grens van
hun kunnen. Ze trekken voor geen meter meer. Je bent blij als je in de eerst
versnelling nog op gang komt. Onze auto, met de B 200 K motor kan het allemaal
toch net een beetje beter aan. We berijken de hoogte en gaan dan dalen, maar
kort daarna ook weer klimmen . We blijven boven de 4000 m. Nu er af en toe wat
meer rijwind is, gaat het beter. Bij het afdalen ontwikkeld zich een beetje een
wedstrijdje en het gaat, ondanks de haarspeldbochten hard naar beneden. In een
kort klimmetje besluit Ton dan ook maar eens vol gas te geven. De anderen
kunnen dit niet volgen en we liggen een eind voorop, hetgeen bij het afdalen
het prettigst is. Je kunt je eigen tempo bepalen. Het schemert inmiddels en we
rijden over een plateau op een hoogte van zo’n 4300 m. Werkelijk prachtig. Prachtige
zonsondergang en een stukje door de wolken gereden. In de afdaling komen de
anderen weer bij een we belanden in een groepje van een stuk of 8 Volvo’s en
nog enkele Peruviaanse auto’s. Het wordt inmiddels donker en we beginnen nu
echt contunue te dalen. We gaan van 4500 m naat ongeveer 750 m. In het rijtje,
inmiddels donker en iedereen de lichten aan is het niet prettig rijden. Het is
werkelijk de ene haarspeld bocht na de andere en j ziet overal auto lampen van
links naar rechts gaan. Zowel voor je als in de spiegel. Als er een gelegenheid
is haalt Wijnand Vos een aantal anderen in en wij gaan hiermee mee en komen dus
voor het rijtje uit. Dat gaat prettiger, maar het gaat echt snoeihard. Met
piepende banden door d haarspeldbochten, maar we vinden het veiliger voor de
groep uit te blijven. Onze auto stuurt overigen perfect. Bij het aansnijden van
de bocht lijkt hij licht onderstuurt, maar laat je iets gas na, of rem je iets,
dan gaat hij onmiddelijk neutraal. Voelt echt prettig aan. Vlak voor Nazca, de plaats van bestemming, is
een politiepost en er staan straatlampen. We wachten hier op de overige teams.
De politie komt naar ons toe en vraagt waarom we niet doorrijden. De agent
spreekt een paar woorden frans en we leggen uit dat we op de anderen wachten.
De agent is uiterst vriendelijk en beripvol. Dat is trouwens toch wat ons
opvalt hier in Peru. De mensen zijn uiterst vriendelijk en niet opdringerig.
Het geeft je echt het gevoel dat je hier welkom bent. We rijden door naar ons
hotel, dat weer een oud klooster is.
’s Avonds aan tafel, praten we uiteraard nog
even na over de gebeurtenissen en al de “ benzinepomp problemen” Onze conclusie is, dat er benzinedamp
ontstaat aan de zuigzijde van de benzinepomp, waardoor deze niet meer werkt. De
oorzaak moet gezocht worden in de hoge temperatuur van de motor ( en dus de
benzinepomp) en de lage luchtdruk ( op 4500 m nog maar ca 0,6 bar) . Ook het team, dat op de technische dienst
heeft gewacht, komt binnen . Toen de motor wat was afgekoeld hebben zij het nog
eens geprobeerd. Ze zijn in de eerste versnelling naar boven gereden. Bovendien
daalde met het vallen van de avond de buitentemperatuur. Er zijn enkele teams
die problemen hebben gehad met kokende remvloeistof. Ook hier speelt de lage
luchtdruk een rol. Bij een druk van 0,6 bar, neemt de lucht maar 60 % van de
warmte op die lucht normaal zou opnemen. Hoofdoorzaak is echter het ( voor deze
auto’s) veel te snel dalen, waarbij we vlakke stukken niet gebruiken om, op de
motor afremmend snelheid kwijt te raken. We geven gewoon gas bij om snelheid te
houden. We zijn het erover eens dat we dit eits verstandiger moeten gaan doen.Maar
goed, we zijn allemaal weer heel en gezond aangekomen. Wat zien we mooie
natuur, mooie landschappen en vriendelijke mensen. Gewoon teveel ervaringen in
korte tijd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten