zondag 11 december 2011

Dag 4: Een lange rit...


Gisteravond zijn we naar een ontvangst van de Volvo Club Argentina geweest. In groepen moesten we achter de leden van de Argentijnse club aan rijden, maar dat bleek nog behoorlijk lastig in het drukke verkeer van Buenos Aires. Wij reden achter een oude Volvo 444 aan, met achter het stuur een nog oudere Argentijn. De man wisselde voortdurend van rijstrook; in het drukke verkeer, met achter je een stuk of 10 andere Volvo’s, valt dat niet mee. We werden uiteindelijk naar een groot sportcomplex geleid, waar onze oude karren naast elkaar opgesteld werden. Het was een gezellige avond; de Nederlandse ambassadeur gaf het startschot voor onze tocht. Van een (mogelijke) aanwezigheid van de ouders van Maxima hebben we niks meer vernomen; een onzinverhaal dus. Na terugkomst in het hotel hadden we nog even een biertje gepakt.
Vanochtend om ongeveer half 8 vertrokken. Team 78 rijdt met ons mee, zodat we met een groepje van vier aan de 950 km beginnen. We laten Buenos Aires achter ons, een stad die we ons vooral zullen herinneren als een grote, typisch Spaanse stad, met goed weer en vooral een heldere lucht – we zijn nog nooit zo snel verbrand. Bij een tankstation onderweg treffen we de bus van de Veronica-crew; al rijdend worden we gefilmd.
Na een paar honderd kilometer staat team 18 met pech langs de weg: er zijn bouten van de dynamo afgebroken, waarbij er niets meer uit het blok steekt. De afgebroken bout is door de ventilator tegen de radiateur geslagen – deze is net niet kapot. Terwijl er op de servicewagen gewacht wordt, besluiten wij de zaak provisorisch op te lossen: dat wil zeggen, met ijzerdraad. Tijdens de reparatie verschijnt ook het team van Veronica: Ton krijgt, druk sleutelend, een microfoon onder zijn neus geduwd. Presentator Labrie vraagt hoe lang de reparatie het zal houden; Ton antwoordt: ‘Tot Cartagena’.
We vervolgen onze tocht, vanaf nu vergezeld door team 18. Na een paar kilometer staan zij echter weer langs de weg: de motor wordt te warm. Na wat bouten te hebben nagetrokken rijden we weer, om na een paar kilometer opnieuw te moeten stoppen: de motor is weer te warm. Nu blijkt dat de afgebroken bout niet alleen de radiateur heeft beschadigd, maar ook de ventilator: deze is dusdanig vervormd dat er onvoldoende lucht verplaatst wordt. Met behulp van een waterpomptang wordt het blad van de ventilator zo goed mogelijk in model gebogen.
Onze tocht verloopt vanaf dat moment voorspoedig, al zijn we inmiddels aardig achterop geraakt. In het dorpje Tres Arroyos staan een paar mensen in Nederlandse klederdracht langs de kant van de weg: er blijkt in dit dorp een grote Nederlandse gemeenschap te zijn. We gaan op zoek naar een restaurant maar komen bedrogen uit: alles is gesloten. Dan maar broodjes bij het tankstation. Later worden we nog van de weg gehaald: of we fruit of vlees bij ons hebben. Nee? Dan wordt de auto nog even ontsmet en kunnen we onze reis vervolgen. Om kwart over elf ’s avonds komen we aan bij hotel Austral in Viedma, waar we nog even iets eten in de steriele, strakwitte eetzaal van het hotel. Een kil hok met tl-verlichting, waar je alleen buitenlangs in kan komen: dit moet vroeger dienst hebben gedaan als showroom of iets dergelijks. Om een uur of een ’s nachts zoeken we ons bed op...




Geen opmerkingen:

Een reactie posten